essenscia, de federatie van de Belgische chemische en farmaceutische industrie, maakt zich zorgen over een voorstel dat de Europese Commissie recent op tafel gooide om de CO2-uitstoot van de industrie in de Europese Unie gevoelig te verlagen. De federatie vreest dat dit de concurrentiepositie van Europese chemische bedrijven zal aantasten en pakt daarom uit met een alternatief voorstel voor een verbeterde emissiehandel.
M.M.: Waarom zijn de plannen van Europa voor een andere emissiehandel nefast voor de industrie?
Yves Verschueren, gedelegeerd bestuurder essenscia: “Europa wil het Europees Emissiehandelssysteem (ETS) hervormen. Zo zou er enerzijds een automatische stabiliteitsreserve komen die de gemiddelde kostprijs van de emissierechten zal optrekken. Anderzijds wil Europa de beschermingsmaatregelen voor de industrie reduceren door een forse inkrimping van het aandeel emissierechten dat bedrijven kosteloos toegewezen krijgen. Bovendien is er sprake van een afbouwscenario voor de industrie.”
M.M.: Welke gevolgen heeft dat voor de industrie?
Yves Verschueren: “Met dit systeem zouden we tweemaal getroffen worden: ten eerste moeten onze bedrijven een hogere CO2-prijs betalen, en ten tweede zouden ze meer emissierechten moeten aankopen. Bovendien moet de Europese industrie het al opnemen tegen concurrentie uit andere werelddelen, waar geen CO2-uitstootrechten dienen te worden betaald. Daardoor zou Europa onaantrekkelijk worden voor investeerders, zodat heel wat waardevolle jobs zouden sneuvelen. Als bedrijven hun productie verhuizen naar andere continenten wordt het emissieprobleem ook enkel maar verplaatst, en niet opgelost.”
M.M.: Wat stelt essenscia voor als alternatief?
Els Brouwers, hoofd Energie & Klimaat essenscia: “Onze bedrijven investeren al jaren in energie-efficiëntie en vragen niet meer dan dat ze met gelijke wapens kunnen strijden. Samen met de Vlaamse overheid werken wij aan een voorstel waarbij de emissiehandel meer mikt op de performantie van bedrijven en minder op de absolute emissies die vooral bepaald worden door de economische conjunctuur. Ons alternatief is beter afgestemd op de schommelingen in de economische activiteit en gaat uit van ambitieuze performantieniveaus inzake de broeikasgasuitstoot van de industriële productie. Tegelijkertijd geeft het perspectief aan duurzame bedrijven om in Europa te produceren en te groeien. De haalbaarheid van ons voorstel is al succesvol uitgetest bij enkele chemische bedrijven. Bovendien tonen ook Nederland, Frankrijk en Italië interesse voor deze aanpak. Hoe meer landen op de kar springen, des te sterker het signaal dat we aan de Europese Commissie geven.”
M.M.: In hoeverre biedt innovatie een oplossing voor het klimaatprobleem?
Els Brouwers: “We zijn ervan overtuigd dat het klimaatprobleem best kan worden aangepakt door nieuwe investeringen aan te trekken, waarbij duurzame technologieën, innovatie en energie-efficiënte productiemethodes centraal staan. Europa vertegenwoordigt vandaag slechts 10% van de wereldwijde broeikasgasuitstoot. De Belgische chemiesector toont zich op dat vlak een goede leerling, want in de voorbije 25 jaar hebben we de uitstoot van broeikasgassen met liefst 80% teruggedrongen, terwijl de productie in diezelfde periode met 37% is toegenomen. Een correcte aanpak van het wereldwijde klimaatprobleem ligt bijgevolg in een mondiale strategie die focust op performantie en innovatie in alle sectoren.”