Het gaat uitstekend met de Vlaamse biotechnologiesector, dank u. Dat dankt het in niet geringe mate aan het VIB (Vlaams Instituut voor Biotechnologie). “De innovaties blijven zich in ijltempo aandienen,” zegt Jo Bury, directeur van het VIB.
M.M.: Wat verstaan we precies onder biotechnologie?
Jo Bury: “Het is een generieke technologie die recent vooral veel toepassingen heeft in de farmaceutische industrie (1 op 2 geneesmiddelen is tegenwoordig een biotech geneesmiddel) en de landbouw (ontwikkeling van betere gewassen door breeding, genetische veredeling, in-vitrotechnieken,…). Oudere technieken vonden vooral hun toepassingen in biologische brandstoffen.”
M.M.: Hoe is de biotechnologiesector in Vlaanderen de jongste jaren gegroeid?
“Toen wij met het VIB in 1996 zijn gestart, was het Technologiepark in Zwijnaarde een lege doos, op één bedrijf uit een andere sector na. De voorbije twintig jaar heeft het park zich sterk ontwikkeld, onder meer op basis van onderzoeken die binnen onze instelling werden uitgevoerd. Op twee percelen na is het volledig volgebouwd, waardoor er binnenkort voor uitbreiding zal worden gezorgd. Dat gebeurt op de nieuwe site ’t Eilandje (langs de E40) die nu volop in de fase van ontwikkeling verkeert. Nu zijn wegeniswerken aan de gang, vanaf 2017 zouden de eerste bedrijven er zich moeten vestigen.”
M.M.: Welke rol speelt Technologiepark Zwijnaarde op Europees niveau?
“Zowel regionaal als Europees is het de onbetwiste nummer één op vlak van agro-biotechnologie en ook in de biomedische toepassingen is er een grote bedrijfscluster tot stand gekomen. Bovendien heeft zich rond die bedrijven een heel netwerk gevormd van toeleveringsbedrijven en servicebedrijven, waardoor Vlaanderen zich echt heeft ontpopt tot een topregio.”
M.M.: Hoe belangrijk is het VIB in dit verhaal?
“Met 1350 mensen, verdeeld over 76 onderzoeksgroepen die samenwerken met de universiteiten in Gent, Leuven, Antwerpen en Brussel, hebben we ons ontpopt als trekker van deze industrie. Onze missie is het voeren van basisonderzoek naar de moleculaire mechanismen in een levend wezen (mens, plant en dier). Wie bijvoorbeeld analyseert hoe een gezonde cel een zieke cel wordt, heeft meteen ook aanknopingspunten om de omgekeerde reactie in gang te zetten via de ontwikkeling van een aangepast geneesmiddel. De resultaten van die onderzoeken worden beschermd via intellectuele eigendomsrechten, die via licenties terecht komen bij nieuwe of bestaande bedrijven. Zo lagen wij mee aan de basis van de oprichting van 14 nieuwe Vlaamse biotech-bedrijven, waarbij wij in den beginne aandeelhouder zijn, maar onze rol mettertijd vermindert tot het bedrijf volledig zelfstandig is.”
M.M.: Welke synergieën zijn er met het biocluster in de haven?
“Wij werken regelmatig samen om kennis te delen en zo tot belangrijke innovaties te komen. Zo zijn we momenteel bezig met een project om bio-ethanol te produceren met suikers uit secundaire grondstoffen, met name de cellulose uit bomen. Bedoeling is om houtpulp dermate te bewerken dat er op een rendabele manier bio-ethanol uit ontstaat. Met deze en talrijke andere ontwikkelingen kan de biotechnologiesector zich verder blijven profileren als een belangrijke industrie voor de tewerkstelling in Vlaanderen. In Technologiepark Zwijnaarde alleen al zijn 2000 mensen actief.”