Sinds Rony Nijs (52) in 1998 Gervi in Maasmechelen overnam, is de zaak alleen maar gegroeid. En dat brengt stress en kopbrekers met zich mee, zegt hij. Maar hoe en waar besteedt de wellness-specialist, die zich dag in dag uit bekommert om andermans welzijn, zelf zijn vrije tijd? In de sauna, zo blijkt – hoe kan het ook anders? – maar er is meer. Nijs is namelijk niet het typevoorbeeld van de manager die alleen maar aan werken denkt. “In mijn agenda vul ik eerst de leuke dingen in,” zegt hij, “daarna pas mijn werkafspraken.”
“Manager zijn, eigenlijk is dat niets voor mij”
DOOR JAN VLAEMINCKX (tekst)
jan reymen (foto’s)
We hebben afgesproken in de Maasmechelse vestiging van Gervi, maar Rony laat wat op zich wachten. Een mooie gelegenheid om even een blik te werpen op de indrukwekkende verzameling whirlpools, infraroodcabines en sauna’s in de showroom. Heel even maar, want daar komt de Porsche Carrera 4S al de parking op gereden. Druk in het Duits gsm’end komt hij de showroom binnengewaaid. Hagelwitte lach, bruin kleurtje, lichtblauwe ogen. Hier staat een tevreden man die alles heeft, en daar is hij zich maar al te goed van bewust. Enkele dagen later zal hij met echtgenote Josepha (52) op reis naar Botswana vertrekken, maar eerst: een interview.
“Jullie wilden het over mijn vrijetijdsbesteding hebben,” zegt hij. “Wel, dat vind ik zeer belangrijk. Zo belangrijk dat ik mijn vakanties, fietstochtjes en uitstapjes eerst invul in mijn agenda, daarna pas de werkafspraken. Ik plan graag op voorhand: zo vind ik het zeer rustgevend te weten wat ik over een halfjaar moet doen.”
saunaliefhebber
Fiets je vaak?
“Elke woensdagvoormiddag, want dan werk ik per definitie niet. Met een fietstocht ben je toch al gauw een halve dag zoet, maar dat moet dan maar. Mijn vrouw zegt soms: ‘Nu ben je weer een halve dag weg terwijl er nog zo veel te doen is.’ En toch ga ik dan fietsen.”
“Ik ben ook een saunaliefhebber. Voorlopig heb ik er zelf nog geen – daar wordt aan gewerkt – maar ik ga regelmatig naar de Carolus Thermen in Aken. Daar beleef je een complete sauna-ervaring, puur ontspannen. En duiken doe ik ook, en snorkelen, golfen, skiën…”
Werken, op tijd en stond ontspannen, en je hebt ook nog een gezin.
“Klopt, twee dochters: Marjolein en Charlotte. Ze zijn negentien en vierentwintig. En ik ben nog steeds samen met Josepha, we kennen mekaar van ons twaalfde, hebben altijd samen in de klas gezeten.”
En nog nooit een woordje gehad?
“Oh, meer dan één! (schatert) Dat is onze sterkte, denk ik, dat we af en toe eens goed van mening kunnen verschillen. Josepha werkt ook in de zaak, ze is hoofd van haar eigen afdeling. Eigenlijk is ze licentiate Aardrijkskunde. Een harde werkster ook, dus zei ik al snel: ‘harde werkers moeten niet in het onderwijs gaan staan, die moeten bij Gervi komen werken.’ (lacht) Zo geschiedde, en sindsdien heeft ze hier niet alleen een eigen afdeling, ze neemt ook de showroom en alles wat marketing is voor haar rekening.”
Op welke leeftijd werden jullie echt een koppel?
“Op ons achttiende, toen we in het zesde middelbaar zaten. En we zijn getrouwd toen we vierentwintig waren.”
Heb je het nooit jammer gevonden dat je niet wat meer hebt rondgekeken?
“Geen seconde. Ik heb ook niet het gevoel dat ik iets gemist heb. Josepha heeft zoveel goeie kanten, ik heb haar dan ook altijd heel graag gezien. Ze is verstandig, veel verstandiger dan ik. We vullen mekaar aan en ik kan nog steeds heel veel van haar leren. Ze zeggen altijd dat achter elk succesvol man een sterke vrouw staat. Een cliché misschien, maar bij ons is het zeker van toepassing.”
Met wat kan Josepha jou de kast op jagen?
“Met alles zelf te willen doen. Ze delegeert niet, ze zou bij wijze van spreken het huis beginnen poetsen net nadat de poetsvrouw de deur achter zich heeft dichtgetrokken. Da’s Josepha.”
Hoe ben je in deze branche terechtgekomen?
“Eigenlijk ben ik een onderwijzer. Een halfjaar heb ik het gedaan, langer niet. Leuk, dat wel, maar ik kon niet meteen vast werk krijgen. Dan ben ik maar begonnen bij Universal Express: douanepapieren in orde brengen, vrachten regelen, zelf vrachtwagens laden… Aanvankelijk niks voor mij, dacht ik, maar ik heb me er rot geamuseerd. Het was de beste leerschool die ik kon krijgen. Na drie jaar mocht ik de verkoop in bij Universal, er ging een wereld voor mij open.”
Kan jij om het even wat verkopen?
“Nee. Ik moet achter het product kunnen staan, zoals ik achter mijn sauna’s en whirlpools sta. Niet evident, hoor, want er was een tijd dat deze branche lang niet zo populair was als nu. Toen ik mijn contract bij Gervi tekende, zeiden mijn ouders: ‘Ben je gek, daar staat toch nooit een auto voor de deur!’ Mijn goeie job ruilde ik in voor Gervi, daar konden ze niet bij.” (lacht)
“Al snel kocht ik vijfentwintig procent van de aandelen. Al het geld dat ik toen had, heb ik er ingestopt. Na de nodige gesprekken met mijn vrouw, uiteraard.”
Was ze bang voor het risico?
“Nee. Maar ’t is waar, ik durf wel risico’s nemen, maar dan toch vooral berekende risico’s. Toen zag ik het niet als een risico, omdat ik wist: als je hard werkt, kan je alles bereiken.”
BAAS SPELEN
Ben je zelf een harde werker?
“Als lange dagen kloppen mag beschouwd worden als hard werken, wel ja. Ik ben heel veel bezig met de zaak. We hebben ondertussen ook al meer dan vijfentwintig mensen in dienst. En ik babbel met elk van hen, ze mogen altijd mijn bureau binnenlopen, zonder te kloppen. Zo gaat dat hier, ik wil dat mijn mensen zich hier thuisvoelen. Als er iemand ontslag neemt, doet me dat pijn. Wat ik geweldig vind, is dat hier nog steeds mensen werken die vóór mij zijn aangenomen. Hilde en Ivan, bijvoorbeeld. Wel, ik kijk naar hen op.”
Je zegt dat je een verkoper bent in hart en nieren. Gaat het baas spelen jou even goed af?
(denkt lang na) “Ik doe het op mijn manier, laten we het zo stellen.”
Soms moet je toch laten voelen dat jij het voor het zeggen hebt.
“Daar heb ik het weleens moeilijk mee, al zullen mijn werknemers daar misschien anders over denken.”
Word je soms boos?
“Ja, en dat uit zich in schreeuwend door de gangen lopen. (lacht) Dan weten ze hoe laat het is. Vroeger deed ik dat vaak, ik mag graag denken dat ik dat nu beter onder controle heb. Het is natuurlijk ook nergens voor nodig, want wie moest het altijd ontgelden? Mijn goeie mensen, natuurlijk. Omdat zij het dichtst bij mij staan. Als er iets misloopt, zou ik eigenlijk altijd eerst de fout bij mezelf moeten zoeken. Want ik ben de baas, ik regel het allemaal.”
Zijn er bepaalde managerswetten die je steevast bewust aan je laars lapt?
“Managen, ik weet eigenlijk niet wat dat is. Nogmaals: ik doe het op mijn manier. Ik wil wel dat altijd alles ordelijk is, al is mijn eigen bureau dan soms een puinhoop. Maar ik weet wel mijn weg te vinden in die puinhoop. En s
traks, net voor we op vakantie vertrekken, ligt alles weer netjes op zijn plaats.”
Gaan de dochters mee naar Botswana?
“Nee, we gaan met z’n tweetjes. We doen dat regelmatig, om de twee jaar willen we dit soort reizen maken. Basic, een beetje avontuurlijk, maar toch georganiseerd. Samen reizen plannen, is trouwens een van onze grootste hobby’s.”
Wie is dán de baas?
“Euh… Josepha beslist waar we naartoe gaan, het plannen en het boeken laat ze aan mij over. (lacht) Maar ik ben volledig gelukkig met die rolverdeling, want Josepha weet perfect waar we best naartoe gaan.”
THUISSPA
Heb jullie thuis eigenlijk ook een spa?
“Inderdaad, al tien jaar, en die heb ik af en toe ook heel erg nodig. Soms, als ik er een maand geen gebruik van heb gemaakt, denk ik bij mezelf: waarom doe je dat nu niet elke dag. Tja, weinig tijd, hé. Maar het is voldoende als je een spa gebruikt op speciale momenten: ’s avonds met je familie, of net na het sporten. Ik vind het ook altijd fijn als ik hoor dat mijn dochter er samen met haar vriendinnen gebruik van heeft gemaakt, of mijn vrouw met haar fitnessvriendinnen.”
Zolang het maar niet met de fitnessleraar is.
“Dan mag hij haar meteen meenemen.” (schatert)
Een sauna heb je nog niet, maar daar wordt aan gewerkt, zei je net.
“Klopt, we zijn aan het bijbouwen, ons huis wordt dubbel zo groot. Ik wil geen huis in ’t buitenland, ik wil mijn vakantieparadijs in mijn eigen woning en daar heb ik wel wat voor over. Mijn thuis moet een plaats zijn waar ik graag naartoe ga. Nu bevindt de fitnessruimte zich in de kelder, die moet naar boven, zodat ik naar mijn prachtige tuin kan kijken. En dan zorgen we in één ruk door ook maar meteen voor een stoombad, een sauna…”
Hou je er soms rekening mee dat zoveel weelde de mensen de ogen uitsteekt?
“Iedereen moet voor zijn droom gaan, en dit is mijn droom, dat mag niemand mij kwalijk nemen.”
In hoeverre was geld belangrijk in de keuzes die je hebt gemaakt?
“Alles wat ik ooit heb gedaan, deed ik voor het plezier, niet voor het geld. Heb ik veel geld? Ik weet het niet. Als ik geld op mijn bankrekening heb staan, doe ik er iets mee. Ik ben me er van bewust dat ik niets mee het graf kan innemen, ik zal alles moeten achterlaten.”
Sparen doe je niet?
“Met mate. (lacht) Ik wil veel zien, dingen kunnen doen, en dan hou je op ’t eind van de rit niet veel meer over.”
BESOGNES
‘Gervi toont hoe je de stress te lijf gaat’, staat op jullie website. Heb jij soms last van stress?
“De verantwoordelijkheid die ik draag is redelijk zwaar, hoor. Dat managen, eigenlijk ben ik daar niet voor gemaakt. De stress zit bij mij vanbinnen, en bij mijn vrouw vanbuiten. Ik heb de jongste tijd veel beslissingen moeten maken, veel knopen moeten doorhakken. Vooral met die nieuwe vestiging die we straks in Hasselt openen. Gaan we met die of die leverancier in zee, wie gaat de meubels maken? Terwijl ik eigenlijk gewoon volmondig ‘ja’ zou willen zeggen tegen iedereen die me een offerte maakt.”
Omdat je geen mensen wil teleurstellen?
“Zo is het, ja. De nagel op de kop.”
Mensen ontslaan valt je dan vast ook zwaar.
“Natuurlijk, dat doe ik alleen maar als het echt niet anders kan. En dan is het nóg moeilijk. Dat soort beslissingen stel ik telkens weer uit.“
Wat is voor jou het belangrijkste in het leven?
“Dingen met mijn gezin doen, dat iedereen die ik graag heb gezond is… Kortom, gelukkig zijn.”
Ben je gelukkig?
“Jaja, honderd – wat zeg ik? – driehonderd procent. Als ik naar mijn kinderen kijk, naar mijn vrouw… Ik geef toe dat ik nooit echte tegenslagen heb gekend in mijn leven. Je zou dan kunnen zeggen: ‘Dit kan niet blijven duren.’ Maar dat doe ik niet, je moet het ook niet gaan zoeken, vind ik.”
Ben je een levensgenieter?
“Ja, ik drink en eet graag. Als ik zelf kook, is het meestal vlees. Een Ierse steak op de barbeque, bijvoorbeeld. Dat ik zo verlekkerd ben op vlees komt misschien doordat mijn grootvader slager was, denk ik. Als jongetje ging ik vaak met hem mee naar de boeren waar hij de varkens ter plekke ging slachten. Dan nam hij het bloed en de kop mee, we maakten pensen, dat was zó lekker! Ik proef het terwijl ik het vertel.”
Ga je vaak op restaurant?
“Zo weinig mogelijk, maar door mijn beroep zit ik vaker op restaurant dan ik zou willen.”
Geen sterrenrestaurants voor jou?
“Af en toe wel, maar ik maak er zeker geen gewoonte van. Ik hou namelijk ook heel erg van eenvoudig eten, wat niet wegneemt dat bezoekjes aan ’t Hof van Cleve en Oud Sluis al lang op mijn verlanglijstje staan. We gaan soms naar restaurant Schwarzwaldstube in het Duitse Baiersbronn. Drie Michelinsterren hebben ze daar, en die zijn dubbel en dik verdiend. Verder ga ik graag naar Beluga, Josepha naar Toine Hermsen in Maastricht. Je ziet het, we weten wel degelijk wat genieten is.”
Ook op de weg blijkbaar, want je rijdt met een Porsche Carrera 4S.
“Sinds drie jaar, ja. Ik ben nochtans geen autofreak. Ik ben zoveel jaar geleden begonnen met een witte Ford Taunus en wilde drie jaar geleden graag een BMW 6 kopen. Maar mijn vrouw had het voor Porsche. Om te illustreren hoe weinig ik er vanaf weet: toen ik mijn bestelbon ging tekenen, kostte die Porsche plots tienduizend euro meer dan het bedrag dat in de offerte stond. Ik durfde niets te zeggen, want ik dacht dat ik weer een stomme fout had gemaakt. Wat bleek? Die letter ‘S’ was namelijk tienduizend euro waard. (lacht) Maar ik heb er nog geen moment spijt van gehad, want het is een schitterende wagen. En mijn volgende wordt zeker ook een Porsche, dat weet ik nu al.”
Slotvraag. Hoe zie je je leven de komende tien jaar bij voorkeur evolueren?
“Mijn droom is dat mijn dochters in het bedrijf komen werken. Dan kan ik eindelijk opstaan van deze directeursstoel, want daar ben ik niet voor gemaakt. Terug naar de verkoop, waar ik begonnen ben, dat wil ik. Dan kan ik werken wanneer ik wil. Als ik dan op mijn vijfenzeventigste in de showroom sta, zullen de mensen week worden en zeggen: ‘Zie dat oud mannetje daar eens. Nu kunnen we niet anders dan kopen.’ (lacht) Zou dat niet mooi zijn?”