Haven Genk in Limburg, als binnenhaven en containerterminal, wordt ook wel beschouwd als de logistieke draaischijf. De Genkse haven is trimodaal van aard, waardoor het in staat is containers, stukgoederen en bulklading te transporteren via de weg, over het water of per trein.
Het verhaal van Haven Genk gaat terug tot in het jaar 1936, toen nog ‘Port Charbonnier de Genck’ in de volksmond. In ‘97 dan werd de haven overgenomen door aandeelhouders ArcelorMittal en de Groep Machiels.
Vandaag is Haven Genk een trimodale haven, gelegen in hartje Limburg, dat dagelijks honderden containers vervoert van en naar de havens van Antwerpen en Rotterdam. Op die manier draagt ook Haven Genk haar steentje bij in het terugdringen van de grote volumes die dagelijks over de weg getransporteerd worden en voor grote overlast zorgen. Ook kiest Haven Genk voor de combinatie van watertransport en weg- of treintransport om grotere afstanden te overbruggen, zoals de dagdagelijkse vertrekken naar het noorden van Italië.
Verder staat Haven Genk in voor de opslag en overslag van stuk- en bulkgoederen. Daarvoor beschikt de Limburgse haven over zes loodsen met een opslagcapaciteit van 8.000 m² en een openlucht opslagruimte met een oppervlakte van 10.000 m².
In het verlengde van haar functie als bargeterminal biedt Haven Genk een bijkomende dienst aan met een grote toegevoegde waarde, zijnde stuffing en stripping van containers of ook wel het vullen en uitladen ervan. “Het gaat dan niet over een paar schoendozen die we uit een container halen,” onderstreept algemeen directeur Leon Donders. Haven Genk beschikt immers over gespecialiseerd materiaal, middelen en gemotiveerde en gekwalificeerde mensen dat het mogelijk maakt om bijvoorbeeld grote rollen staal van 25 ton of fragiele granietplaten op een efficiënte en professionele manier in en uit een container te laden en deze ook op een zeewaardige manier te vervoeren.