Vijf gouden tips voor een dynamische, beklijvende presentatie

03E11304_low

“Laat zien dat u het onderwerp beheerst”

Presenteren is een kunst. Om een publiek te blijven boeien, moet een presentatie aan een aantal cruciale vereisten voldoen. Amelie Putmans, zelfstandig communicatieconsulent voor Outsource, geeft vijf tips voor een beklijvende voorstelling.

Tip 1: Maak een sterke visuele presentatie
Amelie Putmans: “PowerPoint blijft het meest gebruikte programma bij de voorbereiding van een presentatie. Het is niet moeilijk om tot een geschikt resultaat te komen, ook als u niet alle kneepjes van het programma onder de knie heeft. Besteed aandacht aan de opbouw van uw ideeën. Maak gebruik van bulletpoints, titels, ondertitels en kadertjes. Zorg voor continuïteit in de lay-out en integreer uw huisstijl in de slides.”

Tip 2: Iedereen moet kunnen volgen
“In België geeft u vaak presentaties voor een tweetalig publiek. Wissel dus geregeld van taal. Als u Frans spreekt, moeten uw slides in het Nederlands opgesteld worden, en omgekeerd. Zo kunnen beide taalgroepen de boodschap volgen. Laat zien dat u het onderwerp beheerst en lees de PowerPoint niet zomaar af. Overstelp uw publiek niet met informatie.”

Tip 3: Ga voor krachtige inhoud
“Zorg voor variatie in de inhoud van de slides. Vermijd een opeenvolging van slides met alleen maar tekst. Gebruik eenvoudige, leesbare grafieken en beelden om de duidelijkheid te verhogen. Denk ook aan de leesbaarheid als u kleuren en achtergronden kiest. Ook mensen achterin de zaal moeten uw presentatie begrijpen.”

Amelie Putmans
Amelie Putmans, Outsource.

Tip 4: Varieer in uw non-verbale communicatie
“Bij een presentatie zijn alle ogen op u gericht. Spreek daarom met een dynamische, oprechte toon en hou uw handen onder controle. Kruis uw armen niet, dat kan de indruk wekken dat u het onderwerp nog niet voldoende onder de knie hebt en liever geen vragen krijgt. Zijn uw armen voortdurend gestrekt langs uw lichaam, dan zegt u misschien uw lesje op uit het hoofd. Krabt u zich op het achterhoofd, dan is dit voor het publiek wellicht een signaal dat u naar inspiratie zoekt of, erger nog, verveeld bent door uw eigen presentatie. Hou uw handen in beweging, zonder te overdrijven. Als u rechtstaat, wandel dan af en toe rond, maar doe geen ronde door de volledige zaal. Kortom: controleer uw lichaam en weet welke boodschap u uitstraalt.

Tip 5: De regel van 10, 20 en 30
“Durfkapitalist en zelfverklaard goeroe Guy Kawasaki lanceerde ooit de 10–20–30-regel. Die staat voor 10 slides in de PowerPoint, 20 minuten presentatie en een lettergrootte van minimaal 30 punten.

Eerdere Artikelen