Accountants, belastingconsulenten, boekhouders en bedrijfsrevisoren die via een WCO (gerechtelijke reorganisatie) betrokken zijn bij de begeleiding van een bedrijf in financiële moeilijkheden, krijgen een grote verantwoordelijkheid. Ze kunnen maar beter alles schriftelijk rapporteren aan hun cliënt en alles goed bewaren.
De wetgever heeft in de gewijzigde wet op de continuïteit van ondernemingen (WCO, van kracht sinds 1 augustus 2013) een grote verantwoordelijkheid gelegd bij de cijferberoepers. De prominente rol van cijferberoepers (zijnde de externe accountant, de externe belastingconsulent, de externe erkend boekhouder, de externe erkend boekhouder-fiscalist en de bedrijfsrevisor) heeft tot doel de toegang tot de procedure te waarborgen voor wie werkelijk nood heeft aan een gerechtelijke reorganisatie. De wetgever haalde hiervoor de inspiratie bij artikel 138 Wetboek van Vennootschappen dat reeds aan bedrijfsrevisoren een belangrijke rapporteringsplicht geeft.
Wanneer een bedrijf te kampen heeft met continuïteitsproblemen zijn er drie stadia waarin een cijferberoeper ten tonele verschijnt.
1. In een preventieve fase (artikel 10, lid 5 WCO) wordt de cijferberoeper verplicht de onderneming (middels haar bestuursorgaan) in te lichten indien hij gewichtige en overeenstemmende feiten vaststelt die de continuïteit in het gedrang kunnen brengen. Wanneer blijkt dat de onderneming een maand na de opmerkingen geen maatregelen heeft genomen om de continuïteit gedurende minstens twaalf maanden te garanderen, dan kan de cijferberoeper de rechtbank van koophandel hiervan inlichten.
2. De cijferberoeper treedt ook in het voetlicht tijdens het handelsonderzoek. Artikel 12 §1, lid 5 WCO beoogt een efficiënt verloop van het onderzoek en geeft de handelsrechter de mogelijkheid zich rechtstreeks tot de cijferberoeper te richten. De taak van de cijferberoeper beperkt zich dan niet enkel tot het verstrekken van inlichtingen, maar hij dient ook specifieke aanbevelingen te doen.
In deze twee stadia wordt het beroepsgeheim uitgesloten.
3. Ingevolge de wetswijziging (artikel 17 §2, lid 5 en 6 WCO) moet het verzoek tot toegelaten te worden tot de procedure van gerechtelijke reorganisatie oa. vergezeld worden van enerzijds een boekhoudkundige staat opgesteld onder toezicht van de cijferberoeper en anderzijds een begroting met een schatting van inkomsten en uitgaven voor de duur van de opschorting opgesteld met bijstand van de cijferberoeper.
In concreto wordt aan de cijferberoeper die een onderneming in moeilijkheden bijstaat een pro-actieve rol toebedeeld. De wet voorziet niet in concrete sancties, maar de cijferberoeper is wel aansprakelijk, ook ten aanzien van derden, bij niet naleving van deze verplichtingen. De cijferberoeper weze er zich maar beter van bewust dat hij/zij vanaf nu alles schriftelijk rapporteert aan de cliënt en dit ook goed bewaart!
Meer info: www.lexeco.be
Inge De Haes, vennoot Lexeco