Met de bouw van een nieuwe en moderne productievestiging in Westerlo, heeft Agio Cigars het afgelopen jaar zijn wortels nog die-per verankerd in de Kempische zandbodem. “De sigaren rollen we al lang niet meer op onze bil,” lacht bedrijfsleider Johan Gebruers. “Met 800 miljoen stuks per jaar is dat trouwens niet haalbaar. Toch zit het ambachtelijke vakmanschap nog steeds in onze productie ingebakken. Tabak blijft een wispelturig natuurproduct.”
Antwerpen Manager : Agio Cigars heeft de afgelopen jaren meer dan 30 miljoen euro geïnvesteerd in een nieuwe vestiging in Westerlo. Was het niet slimmer om hier alles op te doeken en in het verre buitenland een nieuwe fabriek neer te poten?
Johan Gebruers : “We hebben de rekensom gemaakt. Je moet weten dat het aandeel arbeid slechts een fractie van de kostprijs van een sigaar uitmaakt. De tabak zelf is de grootste kostenpost. Ondanks de sterke automatisering staat of valt alles in onze sector met stielkennis. De kwaliteit van de tabak .uctueert voortdurend, afhankelijk van de weersomstandigheden op de plantages. Toch moeten onze sigaren steeds hetzelfde smaken. Deze kennis kan je niet zomaar inpakken en ergens anders uit de doos halen. Bovendien zijn we nog steeds een familiebedrijf. De familie Wintermans volgt alles op de voet op. Dit is natuurlijk moeilijk als je volledige bedrijf aan de andere kant van de oceaan ligt.”
Antwerpen Manager : Waarom was een nieuwe fabriek nodig?
Johan Gebruers : “In de jaren ‘90 verdubbelde het productievolume van Agio. De muren van onze vroegere vestiging in Geel stonden bol door het plaatsgebrek. Bovendien vond het hele productieproces niet onder één dak plaats. Zo werd het binnengoed van de sigaren met verouderde machines gefabriceerd in onze moedervestiging in het Nederlandse Duizel. Ook de verpakkingsactiviteiten zaten verspreid. Er werd letterlijk enkele keren heen en weer gereden vooraleer de sigaar volledig klaar was. Naast het gebrek aan ef.ciëntie kwam dit ook de kwaliteit niet ten goede. In verschillende fasen hebben we dan alles gereorganiseerd. In twee stappen staat hier nu een volledig nieuwe fabriek, waardoor het complete productieproces plaatsvindt in Westerlo. Het Nederlandse hoofdkantoor neemt de opslag en de distributie voor zijn rekening. Daar vallen ook het plakken van de juiste waarschuwingstickers en de taksbandjes onder. Enkel de handmatige productie van onze grote sigaren is verhuisd naar de Dominicaanse Republiek. De voorbehandeling van onze tabak gebeurt in Sri Lanka.”
Antwerpen Manager : Toch een groot risico. Fors investeren in een industrie die langs alle kanten onder vuur wordt genomen.
Johan Gebruers : “Inderdaad, die verplichte waarschuwingsstickers, de stop op reclame en de rookverboden zijn niet .jn. Dat is voor ons een belangrijk gegeven waar we rekening mee moeten houden. In plaats van in een hoekje te zitten treuren, halen we hier extra motivatie uit. Zeker voor onze marketeers vormt dit een uitdaging. Bereik de consument maar eens als je niet mag adverteren. Onze focus ligt dan ook sterk op aantrekkelijke en creatieve verpakkingen. We steken de marketingbudgetten dus zeker niet in onze eigen zak. Ook zijn we zeer innovatief op het vlak van productontwikkeling. Wij willen gewoon een goed en eerlijk product aanbieden, waarvan de consument – een eigen bewuste keuze – kan genieten. En blijkbaar doen we dat goed, want dit bedrijf floreert.”
Antwerpen Manager : Een groot deel van jullie sigaren worden gerookt in het buitenland. Telt Agio mee op wereldvlak?
Johan Gebruers : “Reken ons maar tot de top vijf. Wij willen blijven groeien in marktaandeel. Ook in onze sector is er een consolidatiegolf aan de gang. Agio blijft daarbij als overnemer niet aan de kant staan, maar ziet groei toch vooral in de eigen activiteiten. We geloven echt in de groeipotentie van onze huismerken. Naast belangrijke landen als Frankrijk, Nederland en Duitsland roken ze onze sigaren tot in Canada en Hong Kong. In verschillende landen zitten nog mogelijkheden, net zoals in onze productiecapaciteit. Jaarlijks één miljard sigaren moeten we in Westerlo zonder problemen aankunnen.”
Roeland Kortleven