Vele vennootschappen zijn eigenaar van het onroerend goed waarin de handelszaak wordt uitgebaat. Nadeel hiervan is dat het onroerend goed mee de bedrijfsrisico’s ondergaat en als onderpand dient voor de schuldeisers van de handelszaak. Om dit risico te vermijden, kan het onroerend goed best in een aparte vennootschap worden ondergebracht.
Partiële splitsing
Via een partiële splitsing kan het onroerend goed worden afgesplitst naar een andere vennootschap, terwijl de handelszaak achterblijft in de bestaande vennootschap. Een partiële splitsing kan belastingvrij gebeuren op voorwaarde dat ze niet als hoofddoel of één der hoofddoelen belastingfraude of belastingontwijking heeft.
Of dit effectief het geval is, wordt achteraf beoordeeld door uw belastingcontroleur. U kunt hierover ook op voorhand zekerheid verkrijgen door een voorafgaande beslissing (ruling) te vragen aan de rulingcommissie.
Het verkrijgen van een positieve ruling zal afhankelijk zijn van de zakelijke overwegingen die u kunt aanvoeren. Zijn deze zakelijke overwegingen ernstig genoeg, dan wordt een belastingvrije splitsing toegestaan.
Onze ervaringen met de rulingcommissie leren ons dat een ruling meestal niet wordt toegestaan indien door de partiële splitsing een vennootschap ontstaat met slechts één enkel onroerend goed, vooral niet indien dit onroerend goed ook privé wordt gebruikt.
Als u beslist geen ruling hiervoor aan te vragen, is het belangrijk de zakelijke overwegingen goed te verwoorden in het splitsingsvoorstel.
Verkoop handelszaak als alternatief?
Een alternatief is het onroerend goed in de bestaande vennootschap achter te laten en de handelszaak in te brengen of te verkopen (via een quasi-inbreng) aan een nieuw op te richten vennootschap. Nadeel is wel dat deze verkoop dient te worden gefinancierd.
Door onze ruime ervaring in deze problematiek is ons kantoor uitstekend geplaatst om u hierbij te begeleiden.
Van Herck & C° Bedrijfsrevisoren – www.vanherckbedrijfsrevisoren.be – Tel.: 03-355 20 00