BRILLEN- EN FAMILIEMAN WIM SOMERS EN ZOON JAN

Wim Somers en Jamme.
Wim Somers is een begrip in brilminnend België. Hij is de man die in 1987 samen met Patrick Hoet het ingenieuze brillenlabel theo oprichtte dat met eigenzinnige designs furore maakte. theo is een succesvol bedrijf geworden waar ook Somers’ vrouw en drie zoons in meedraaien. De bijna dertigjarige Jan Somers runt met zijn moeder de nog steeds succesvolle Somersoptiek op de Antwerpse Eiermarkt, die dit jaar eveneens haar dertigste verjaardag viert. Een portret van twee generaties theo.

“Fysieke inspanning is de beste ontspanning”

DOOR Katrin Swartenbroux (tekst) en koen bauters (foto’s)

Is het niet moeilijk om met je hele gezin in hetzelfde bedrijf te staan?

Jan Somers: “Goh, ik werk met de gemakkelijkste van de twee samen: mijn moeder.” (lacht)

Wim Somers: “Mijn vrouw heeft het eigenlijk zelf voorgesteld toen ik zo’n vijf jaar bezig was. Zij was kinesist, maar toen ze hoorde dat ik iemand zocht voor in de winkel heeft ze binnen de week haar praktijk verkocht. Echte liefde hé! Mijn zonen zijn er achteraf zo’n beetje ingerold.”

Jan: “School was niet echt iets voor mij. Ik heb altijd al in een winkel willen staan om het contact met de mensen. Dat sprak me wel aan.”

Wim: “Toen hij zijn middelbare schooldiploma had, vond ik het maar dwaas dat hij hele dagen thuis in de zetel zou zitten. Ik heb hem dan ook meteen bij mij aan het werk gezet. Als hij iets beters vond, mocht hij vertrekken, maar je ziet, hij is er nog altijd.” (lacht)

Wat betekent vrije tijd voor jullie?

Jan: (zonder twijfel) “Voetbal! Ik ben heel intensief met mijn job bezig, ook thuis nog, maar als ik aan het voetballen ben, vergeet ik pas echt alles.”

Wim: “Dat hebben we allemaal wel. We zijn een heel sportief gezin. Mijn vrouw heeft altijd gevolleybald en mijn zonen en ik voetballen graag. Al worden mijn capaciteiten met ouder worden eerder langs de zijlijn dan op het veld geapprecieerd. Ik heb het vrij lang volgehouden – tot mijn 45 heb ik op het veld gestaan – maar door rugproblemen heb ik afgehaakt. Gelukkig waren mijn jongens toen net op de leeftijd dat ze al iets begonnen te kunnen met de bal in plaats van er vruchteloos achter te rennen. Dat was plezieriger om naar te kijken. Ik heb sindsdien ook hun voetbalcarrière begeleid, zeg maar.”

Je zonen spelen bij eerste provincialer ‘s Gravenwezel en vormen ook het speerpunt van zaalvoetbalploeg the O- team. Sta je dan langs de zijlijn? Ben je een luide supporter?

Jan: “Integendeel! Hij is heel stil en geconcentreerd. Het is echt nen brave.”

Wim: “Ik ben zeker geen driftkikker die op zijn zonen staat te roepen; ik supporter voor de hele ploeg, niet enkel voor mijn jongens. Maar dat is niet te luid, ik probeer de rust erin te houden. Sinds ik zelf niet meer voetbal, hebben mijn vrouw en ik een andere passie: golfen. Het is wat Jan zegt; fysieke inspanning is de beste ontspanning. Je moet je concentreren op de bal, net als in voetbal, en dan ben je op zo’n moment enkel daarmee bezig.”

GENERATION Y

Waar staan jullie het meest achter: we leven om te werken of we werken om te leven?

Jan: “Werken hoort gewoon bij het leven, je hebt nu eenmaal geld nodig. Ik denk persoonlijk dat leven om te werken meer bij mij past.”

(denkt na) “Het is aangenamer om een job te doen die je graag doet, en waar je dan ook helemaal voor kan gaan. Als je daar dan nog mee in je levensonderhoud kan voorzien, is dat super hé.”

Wim: “Wanneer mensen mij vragen of ik hard heb moeten werken tijdens mijn leven dan moet ik daar altijd negatief op antwoorden. Naar mijn gevoel heb ik nooit hard gewerkt, ik heb altijd mijn hobby uitgeoefend. Wat je doet, doe je gedreven, dat doe je graag.”

Er wordt gezegd dat generation Y vooral leeft om te werken terwijl de oudere generaties meer werkten om te leven.

Wim: “Zoiets is eigen aan je leeftijd, niet aan je geboortejaar. Een dertiger zal altijd veel harder werken en veel meer met zijn job bezig zijn dan iemand van vijftig. Dat is ook nodig hé. Als je op je dertigste start met een eigen zaak dan kom je er niet als je jezelf elke week een weekend toekent.”

Daarin heb jij dan toch wel geluk gehad Jan, je hebt gewoon mee de winkel van je vader overgenomen?

Jan: “Dat heeft zijn voor- en nadelen. Langs de ene kant is het natuurlijk fantastisch dat je niet moet denken aan een startkapitaal, maar langs de andere kant is de druk wel groot.”

“De klanten zijn een bepaalde kwaliteit en een bepaalde service gewoon en daar moet jij aan kunnen voldoen, en wel onmiddellijk. Je hebt niet de tijd er rustig in te rollen of beginnerfouten te maken. Mensen verwachten iets van onze optiek, en jij moet die verwachtingen zien in te vullen. Uiteindelijk is dat net hetzelfde als met voetbal; wanneer je plots moet invallen voor een goede speler moet je zien dat je minstens even goed speelt, en liefst nog beter. Niemand mag achteraf kunnen zeggen dat de trainer die wissel niet had mogen maken.”

VAKANTIEGEVOEL

Is je vader je grootste criticus?

Jan: “Dat valt wel mee. Hij zal altijd zijn gedacht zeggen.” (lacht)

Hoe ben jij als vader, Wim?

Wim: “Ik bekijk de zaken dikwijls rustig maar ik heb wel mijn eigen mening. Vroeger was alles eenvoudiger, dan kon ik doen wat ik wilde en nam ik alleen de leiding. Nu geef ik dat leiderschap al eens door aan een van mijn zoons. En zoals zonen dat horen te doen, zetten ze zich wel eens af tegen mijn manier van aanpakken. Ze hebben respect voor mijn beslissingen hoor, dat wel, maar ze weten het zogezegd altijd beter en ik ben slechts een oude man.”

Jan: “Dat is ook gewoon een moeilijk punt. Wij zien dingen anders dan hoe mijn ouders het zien. We proberen wel van elkaar te leren maar dat botst soms. Bij mij valt dat nu nog mee omdat ik niet man op man met mijn vader samenwerk, maar toch wringt het soms. We denken vaak alle twee dat we gelijk hebben.”

Zowel jouw zaak als jouw zoon worden dit jaar 30. Voelt u zich daar oud bij?

Wim: “Je viert uiteindelijk iets om te laten zien: kijk hoe lang wij al bestaan. Uiteraard voel je je dan oud. Voor mij hoefde die viering dus niet, ik kom er liever niet voor uit hoe oud ik al ben!” (lacht)

“Gelukkig houden mijn kinderen en kleinkinderen mij jong! Ondertussen ben ik al de oudste generatie aangezien de ouders aan beide kanten gestorven zijn. Daar denk je soms ook wel over na. Maar ach het heeft ook zijn voordelen. Ik heb heel mijn leven gewerkt, de zaken gaan goed, mijn kinderen zijn waar ze moeten zijn,… In feite kunnen mijn vrouw en ik nu ons leven indelen zoals we dat zelf willen.”

Jan: “Ja, jullie nemen meer en meer vakantie hé. Dat voelt voor ons wel aan als een compliment; dat jullie erop vertrouwen dat de boel niet zal instorten onder ons beleid.”

Wat is je favoriete vakantiebestemming?

Wim: “Sinds een jaar of vijf hebben we een buitenverblijf aan de Costa de la Luz in Spanje en daar gaan we ongelofelijk graag naartoe. Wij vinden dat daar echt het aardsparadijs, al zijn we Adam en Eva er nog niet tegengekomen.” (lacht)

“De mensen leven daar een beetje zoals onze grootouders leefden, in een ander tempo. Geen zorgen, alles mañana mañana. Je neemt dat tempo automatisch over.”

Jan: (onderbreekt) “Siësta hé…”

Wim: “Niets te fiesta! Alles op het gemak.”

Jan: “Welja, siësta: middagdutjes!”

Wim: (onverstoorbaar) “Alles gaat er gewoon langzamer en wanneer de avond valt, vraag je je af wat je nu eigenlijk een godganse dag gedaan hebt. Zalig is dat. Je bezoekt steden, wandelt wat marktjes af, eet wat tapas en je dag is zo voorbij. Bovendien is Spanje een goed land om te golfen. Je kan er genieten van prachtige natuur.”

CULTUURBARBAREN

Wat zijn nog geneugten van het leven die je hebt ontdekt bij het ouder worden?

Wim: “Mijn vrouw en ik zijn veel aan het lezen de laatste tijd. Ik weet niet waarom, maar vroeger deden we dat niet zo vaak. Geen idee of tijdsgebrek het juiste excuus was, maar het gebeurde gewoon niet.”

Voel je je verplicht om boeken van Lanoye te lezen? Hij zweert bij theo?

Wim: “Verplicht niet, maar ik lees hem wel, al is het dikwijls in veel stukken. Er zitten een aantal heel mooie boeken bij, zoals het Goddelijke Monster dat nu ook op tv vertoond wordt, dacht ik?”

Dat kwam er vragend uit. Kijk je zelf niet vaak tv dan?

Wim: “Zelden tot nooit, en mijn kinderen trouwens ook niet.”

Jan: “Nee inderdaad, ik ben bijna iedere avond gaan trainen of met andere zaken bezig. Ik zal me niet snel in de zetel zetten om naar tv te zien. Naar films trouwens ook niet.”

Wim: “Op dat vlak zijn we wel cultuurbarbaren.” (lacht)

Brillen zijn opnieuw trendy de laatste tijd. Wat is de link tussen brillen en fashion?

Wim: “Wij verwerken verschillende indrukken en thema’s in onze ontwerpen, net zoals dat in de modewereld gebeurt. Een bril is immers niet enkel een optisch hulpstuk; het is ook een accessoire dat de huidige mode moet aanvullen. We trekken ons trouwens heel weinig aan van de brillenwereld. Als opticien heb je een aantal regels die je moet volgen en daar houden we ons wel aan, maar voor de rest doen we vooral ons eigen ding.”

Jan: “Een bril heeft lang een saai seutenimago gehad maar wij probeerden daar steevast iets meer achter te steken. Je merkt nu dat er veel meer interesse is in brillen, zowel bij jong als bij oud. Mensen willen ook veel meer afwisselen. Vroeger kocht je een bril en deed je daar tien jaar mee. Nu bezitten mensen gemakkelijk vijf brillen die ze door de week afwisselend dragen naargelang hun outfit.”

Hoeveel brillen hebben jullie zelf?

Wim: “Veel! Ik verander telkens wanneer er een nieuwe ronde uitkomt.”

Jan: “Jij hebt er een heel aantal. Zelf heb ik er niet zoveel.”

Wim: “Maar dat is omdat jij een grote neus hebt! Je bent wat beperkt in je keuze. Maar mijn jongste zoon, mijn vrouw en ik wisselen heel veel af en hebben dan ook een grote collectie. We zijn geen uitzonderingen hoor, mensen kopen tegenwoordig een nieuwe bril zoals ze een nieuwe jas of een nieuwe handtas kopen.”

HANDICAP

Shoppen jullie vaak?

Jan: “Niet echt nee.”

Wim: “Ik heb het ze nochtans geleerd…”

Jan: “Maar in België ga jij toch ook niet shoppen! Vooral in het buitenland, wanneer we eens een dag vrij hebben op de beurs ja, dàn ga jij shoppen.”

Wim: “Dat is wel waar. Hoewel ze in het buitenland vaak dezelfde merken verkopen als in België kunnen de collecties toch verschillen. Een van mijn favoriete merken is Comme Des Garçons, maar de collectie die in Belgische winkels hangt, beslaat nog geen vijf vierkante meter. In Tokyo bijvoorbeeld hebben ze een volledige bazaar met zeven of acht collecties, en hier zie je amper twintig hemdjes hangen.”

Je ontwerpt brillen en bent op de hoogte van de laatste mode. Uit die drang naar esthetiek zich ook op andere manieren?

Wim: “Ik hou ook wel van kunst. Hier in het bedrijf is trouwens een eigen galerijtje dat we openstellen voor jonge kunstenaars. Enfin, ze moeten niet jong zijn, maar wel beginnend.” (lacht)

“We hebben een grote muurschildering van Frank Van Herck, een van mijn favoriete artiesten. Hij heeft een beetje dezelfde waarden als theo: subtiel humoristisch met veel gevoel voor kleur. Het is echt een sterke persoonlijkheid die weet wat hij wilt, en dat zijn waarden die complementair zijn met ons merk.”

Waar halen jullie het meeste genot uit?

Wim: “Wanneer hij een goal maakt.”(lacht)

Jan: (lacht) “Scoren is inderdaad leuk, en ik haal buiten mijn werk veel genot uit mijn sport en mijn kinderen. Maar een van de mooiste dingen is toch wanneer ik een klant blij kan maken en hem met de juiste bril naar huis kan sturen.”

Wim: “Het diepste geluk is een ander gelukkig zien.”

Zou je dan toch niet liever in de winkel staan?

Wim: “Ik heb dat wel altijd gemist, moet ik zeggen. Hier is het allemaal minder persoonlijk hé, je ziet de gelukkige gezichten van je klanten niet. Ik krijg veel complimenten hoor, maar het is anders, minder rechtstreeks.”

Wat is de beste raad die je ooit gekregen hebt?

Wim: “Dat moet van mijn schoonvader geweest zijn. Hij had een heel simpel en eenvoudig boerenverstand en wist voor alles wel een praktische oplossing, dat was ongelofelijk. Ik kan nu niet direct op een concreet voorbeeld komen maar die man zijn inzicht heeft me al veel geholpen.”

En Jan, wat is de beste raad die jij van je vader meegekregen hebt?

Jan: “Mijn vader zegt altijd: als je iets doet, dan moet je er volledig voor gaan. Dat gaat op voor alle kleine dingen in het leven. Als je iets niet goed doet dan kan je het maar beter niet doen.”

Mooie woorden. Daar moeten we het bij houden.

Wim: “Dat is nu straf, je komt mij interviewen over mijn leven naast theo en je vraagt niet eens wat mijn handicap op de golf is!”

Wat ìs je handicap op de golf?

Wim: “Nog altijd het maximum.”

Eerdere Artikelen